Verzet heeft vele nuances
Je gaat nu toch niet komen vertellen, Dré dat ik verzet vertoon, als jonge snaak loop ik toch reeds mooi rond je piste, in zowel stap, draf en galop. Ik kijk niet naar de overvolle kabouter omgeving en ga zonder omkijken door de winterse plassen op je dressuurvierhoek. Je gaat mij dan toch niet afschilderen als een kwalijke vosse pismerrie zeker.
Niet beginnen zeiken Lucy, ik ben heel tevreden van je vorderingen hoor, maar er zijn verschillende soorten van verzet. Steigeren en bokken doe je gelukkig niet, dat is wat ik het grote verzet noem en zo een gedrag zou door mij snel en sterk vervelend versterkt worden, je begrijpt mij wel hé. Ik wil echt niet dat de begrippen ‘steigeren en bokken’ in je hersenen voorkomen en zeker ook niet dat deze zaken als een succesvolle herinnering ergens in een uithoekje van je C-schijf opgeslagen zijn.
Hersenen heb je om zo weinig mogelijk te doen
Zoals het een intelligente merrie betaamt probeer je je natuurlijk aan het werk wat te onttrekken. Dat is heel normaal, want jouw hersenen zijn door de natuur geprogrammeerd om zo weinig mogelijk te doen. Iedere dag rondjes lopen en zweten voor een ander zijn genot, daarvoor staat er toch niemand in de rij aan te schuiven. Dat bemerk ik aan een serie kleine gedragingen. Bij het rijden van rondjes, die op een volte zouden moeten lijken, kom je soms gevaarlijk dicht bij de piste omheining. Op zo een moment ben ik als ruiter zeker wat voorzichtiger met mijn hulpgeving, omdat ik niet wens dat je kwetsuren zou oplopen. Of dat ik straks dienst moet doen als onderhoudsman voor het herstellen van mijn witte plastic hekjes of gecarbolineumiseerde houten afrastering.
Werkontrekking
Na een paar van deze voorvalletjes merk ik op, dat je doelbewust steeds dichter bij de afrastering gaat lopen en op deze plek ook sterk vertraagt. Dit om te ontsnappen aan mijn drijvende en sturende hulpen en dus te kunnen ontsnappen aan de noeste arbeid. Als ouwe rot weet ik natuurlijk dat zoiets in de kiem dient gesmoord te worden, door het sterker inzetten van mijn hulpen. Ook al vliegen de splinters van mijn ietwat verrotte dennenhout omheining in het rond. Neen, neen, wel goed geprobeerd maar zo een gedrag zal ik onder geen enkel voorwendsel tot een verdere ontwikkeling laten komen. Een paard dat zich in de dressuurring tegen de mooie fragiele plastic dressuurhekjes gaat planten om zo het werk te kunnen staken, dat is echt maar mijn ultieme wens.
Nageeflijkheid ook in de overgangen
Tijdens de stap, draf en galop loop je meestal mooi over de rug met een lichte aanleuning, ja, zo wil ik het zien. Ook tijdens de overgangen van halt naar stap en van stap naar draf blijk jij je heel goed doorlatend te gedragen. Niet vergeten dat overgangen heel veel moeilijker zijn dan zomaar rechtdoor wat rond kachelen, maar dat heb ik je tijdens het werk aan de hand reeds duidelijk kunnen maken.
Sleurwerk
Aangezien galop niet echt je voorkeur gang is, heb ik je oogluikend toegelaten om je neusje toch wat weg te gooien tijdens het aanspringen. Op dit ogenblik mag dat nog voor mij, want wij zijn nog verre van klaar om de dressuurring binnen te rijden. Mijn pogingen om je neusje toch wat meer bij mij te houden tijdens het aanspringen worden steeds meer op verzet onthaald. Met brute kracht sleur je de licht in de hand liggende teugels uit mijn handen, om dan zelf te bepalen wanneer en hoe je volgende gangwijze al of niet zal tevoorschijn toveren.
Zeker weten dat mijn weerstandbiedende hand (Mooi synoniem voor er eens lekker aan te trekken) op een krachtigere manier zal dienen in te werken, opdat je het door mij gevraagde gedrag zou vertonen. Aanspringen vanuit een uitgesproken langsbuiging, zoals in een hoek of tijdens een volte, zal mij het leven zeker gemakkelijker maken. En langzaamaan zal ook het aanspringen wel met een doorhangend teugeltje gegeven worden.
Staking, niet enkel iets van de vakbond
Oh ja, je kan ook je werk proberen te staken door die verhoogde druk op de teugels aan te grijpen om te stoppen. Ik voel dat je vertraagt en zelf tot stilstand wil komen tijdens mijn experimenteren. Neen hoor Lucy, ook hiermede ga ik je geen succes gunnen. Paarden die uit verzet afremmen of stil komen te staan brengen hun achterhand meer onder en kunnen daardoor heel gemakkelijk overschakelen naar een lekkere bok partij of zelfs kaarsrecht steigeren. Deze gevaarlijke gedragingen wens ik uit je woordenboek te houden.
Dadelijk heel duidelijk voorwaarts rijden door het inzetten van beenhulpen (Oh ja, ik droeg toch ook reeds sporen bij dit jonge paard) en de elastische dressuurzweep zijn hier de aangewezen vervelende versterkingen om dit gedrag te voorkomen. Neen beste lezer, er zijn geen bloedende sporen van de sporen of linken van de zweep te bemerken. Deze vervelende prikkels worden gegeven, juist boven de reactiedrempel van het paard. En gelukkig ligt deze drempel bij Lucy heel laag. Op zo’n momenten is de verlangde nageeflijkheid en het over de rug lopen van ondergeschikt belang. ‘En avant, marche’ is hier de duidelijke boodschap.
Vluchtreflex versus vechtreflex
Ik weet wel Lucy dat je meerdere mogelijkheden hebt om te ontsnappen aan de voor jou ongewenste (in)spanningen. Ha, je hebt dus gekozen om mijn ‘vluchtreflex’ aan te spreken Dré, heel verstandig van jou dat je mijn ‘vechtreflex’ vermeden hebt, want met mijn lenigheid en kracht zou jij waarschijnlijk het onderspit moeten delven. We zullen wel nog eens zien hé….
Meer hippische interesse?
Doorlaatbare dressuurlessen krijgen