
En denk je nu echt Dré, dat ik vertrouwen en respect heb voor jou?
Ik denk het wel Frits, en dit is ook wederkerig hoor.
Reeds toen we je aankochten had je vertrouwen en respect voor mensen, ik werd niet gebeten, je ging uit de weg voor mij en je ging niet op de loop met mij. ‘Vertrouwen’ en ‘respect’ schijnen mij de eerste en misschien de meest belangrijke punten te zijn in de africhting en maken deel uit van de dagelijkse omgang en training Frits.
Zonder respect wordt je geen gehoorzaam paard en zonder vertrouwen krijgen wij geen ontspannen relatie. Voor de dressuurzweep had je echt wantrouwen Frits, mogelijks is deze in je jonge hengst periode niet altijd consequent gebruikt? Gelukkig ga je bij het zien van de zweep op de loop en ga je niet over tot een gevecht.
Een onvoorwaardelijke gehoorzaamheid aan de ‘beenhulp’ en de ‘teugelhulp’ zijn de essentiële voorwaarden voor de verdere opbouw van een trainingsschema. Een been betekent ‘weglopen’, een teugeldruk ‘stoppen’. Weglopen heeft zeker wat te maken met respect en om te stoppen dien je toch wat vertrouwen te hebben, want een paard dat iets niet vertrouwt neem altijd de vlucht. Lijkt allemaal heel eenvoudig toch, of heb ik het mis?
Ik moet nog even toevoegen dat vertrouwen en respect worden verkregen door consequent gedrag van mijzelf en de anderen die met jou omgingen. Paarden die opgegroeid zijn in een kudde krijgen van het leidende dier reeds van bij de geboorte het begrip vertrouwen en respect mee. De beschadigde vachten van deze in vrijheid samenlevende paarden vertelt ons dat respect daar niet op een vriendelijke manier te stand komt, maar door bijten en slaan wordt verkregen. Nadat het respect is afgedwongen volgt het opbouwen van het vertrouwen. Als er gedaan wordt wat de leider vraagt mag men als kuddegenoot zeker zijn dat er niets vervelends gebeurt, het paard mag daarop dus ‘vertrouwen’.
Ook in de omgang tussen paard en ruiter is respect en vertrouwen van het allergrootste belang.