89 Schrikken van andere paarden

Schrikken van andere paarden.
Schrikken van andere paarden. Een paard heeft geen zelfbewustzijn en herkent zichzelf dus niet. Een spiegel kan schrikkerige reacties geven.
Schrikken van andere paarden. Een paard heeft geen zelfbewustzijn en herkent zichzelf dus niet.

Weg van alle gewoel trainen

Tijdens de eerste maanden heb ik mijn vierjarige Jolieke steeds getraind op mijn eigen piste, Dré, ver weg van alle hippisch gewoel. Echt een gezellig beest om mee te werken, heeft nooit gebokt of gesteigerd, loopt reeds mooi over de rug, is heel werkwillig en wij zijn zelfs al wat met het wijken voor de kuit begonnen.

Heel verstandig van jou Marieke, een paard en ook een mens leren het meest bij in een rustige omgeving. Daardoor kunnen ze zich goed concentreren op de prikkels (Stimuli) die jij naar hen overbrengt, dit om een door jou gewenst gedrag ten toon te spreiden. Eens je paard een gehoorzaam beestje is geworden dien je natuurlijk ook aan de ‘gewenning’ aan de omgeving te beginnen werken. En het zou nog doeltreffender zijn wanneer je reeds van veulen af aan deze gewenning werkt. Juist tijdens de inprentingsfase worden er heel veel ervaringen met de omgeving opgeslagen in het geheugen en dit voor altijd.

Onzeker bij andere paarden

Mijn Jolieke vertoonde grote onzekerheid wanneer er voor het eerst met een ander paard erbij in de piste werd geoefend.  En oh, wat deed hij raar toe hij zichzelf in de spiegel zal, ik ben er gelukkig nog juist kunnen blijven opzitten, Dré. Dat zijn allemaal normale natuurlijke reacties van je Jolieke, Marieke, maar wij dienen deze wel wat te normaliseren.

Lichaamstaal aanleren

Vele paarden groeien op in afzondering, op een kleine weide of in een kleine paddock en ver verstoken van enig sociaal contact met andere paarden. Logisch toch dat je dan heel veel wantrouwen hebt in andere paarden, waarvan je de gedragingen niet hebt leren en hun lichaamstaal niet hebt leren lezen!

Opgroeien in de kudde

Maar zoals het hoort heeft je Jolieke kunnen opgroeien in gezelschap van een groep van andere paarden. In zo’n kudde leert een paard al snel de begrippen ‘Dominantie’ en ‘Onderdanigheid’ kennen, naast de vele andere gedragingen die wij hier niet gaan bespreken. Bij het zien van een andere, hoger in de rangorde geplaatste soortgenoot leer je al snel dat je uit de weg dient te gaan. Door weg te lopen van het dominantere paard bevestig je de onderdanige te zijn en kan je een maar rake kloppen en schaafwonden vermijden. Juist, Marieke, als het moet wordt dominantie tussen paarden wordt afgedwongen door een robbertje vechten.

Onthoud ook maar dat paarden diezelfde taal gebruiken naar andere diersoorten toe, dus ook naar de mens. Als klein mensje zijn wij dan ook genoodzaakt om ‘Respect’ en ’Vertrouwen’ te verwerven van het paard, en dit reeds vanaf de geboorte van het veulen. ‘Respect’ klinkt heel menselijk, terwijl ‘Dominantie’ een meer dierlijke connotatie heeft, maar het zijn in basis dezelfde gedragingen hoor.

Wegspringen van aankomend paard

Dus heel normaal dat je Jolieke het hazenpad probeert te kiezen wanneer er in de piste een ander paard op hem aangereden komt. Op grotere afstand een eindje meelopen met het onbekende paard (Waw, er zit daar zelfs een mensbeest op zijn rug), ja dat verteren de meeste paarden nog wel. Maar elkaar kop aan kop tegenkomen, dat wordt wel ervaren als een regelrechte aanval. Logisch dus dat je Jolieke heel reactie probeert weg te lopen.

Gewenning is een leerproces

In de gewenning van je Jolieke dien je ook wat tijd te steken, Marieke, dat is onderdeel van de africhting en dat dien je ook in kleine stukjes aan je paard te leren. Als oudere ruiter doe ik zoiets eerst aan de hand, later aan de longe en nog later bereden. Deze graduele opbouw heb ik mijzelf eigen gemaakt na een paar gebroken ribben ten gevolge van een wegspringend paard. Natuurlijk doe je dit allemaal eerst in dezelfde richting van het andere paard en na een goed resultaat begin je de beide paarden in tegenovergestelde richting te werken. Die andere bereden combinatie selecteer je natuurlijk zorgvuldig. Best een bekend paard en een ruiter die weet dat je bezig bent met het ‘Gewennen’ van je paard en daar in zijn rijden ook rekening mee houdt.

Longeren voor de dressuurspiegel

Tijdens het longeren kan je natuurlijk ook een positie opzoeken waarbij het paard tientallen malen zichzelf ziet afstevenen op het in de spiegel aankomende paard. Een paard heeft weinig of geen zelfbewustzijn en ziet in de spiegel dus ‘een’ ander aanstormende paard op zich afkomen.

Het paard zijn eigen uitweg laten kiezen

En dan is het moment aangebroken om al deze oefeningen onder de man te herhalen tot je het beoogde gewenningsresultaat bereikt hebt. Laat je jonge paard zeker niet opsluiten tussen de wand en de andere combinatie. Maar neem de binnen hoefslag, zodat je beestje zelf kan uitwijken naar het midden toe en sta dat afwijken van het gevraagde pad ook met mate toe. Later ga je zeker ook de hoefslag volgen en vraag je aan de ingeschakelde combinatie om langzaamaan de afstand tussen de twee combinaties keer na keer te verkleinen.

Zwepen en sporen vermijden

Allemaal heel logische handelingen toch, Marieke, maar toch worden er heel veel fouten tegen gemaakt. Neen, een jong paard dat tussen de hoefslag en een andere combinatie weigert te lopen dient niet met sporen en zweepgebruik aangepakt te worden voor onwilligheid. Zo’n handelswijze doet bij het paard de associatie ontstaan: ‘Bij het naderen van een ander paard krijg ik ervan langs’. Wat tot gevolg heeft dat het paard nog schrikkeriger wordt en een panische angst ontwikkelt voor andere paarden in plaats van te gewennen aan de situatie.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

88 Hoepsa, een tongprobleem!

Hoepsa, een tongprobleem.
Hoepsa, een tongprobleem. Het ergste wat een dressuurruiter kan overkomen.

De tong onder of boven het bit?

Ik denk dat mijn vierjarige Jolieke zijn tong over zijn bit steekt, Dré?

Oei, je paard zijn tong over het bit steken is natuurlijk het ergste wat je als ruiter kan overkomen, Marieke. De tong van je paard werkt als een kussentje voor het mondstuk, waardoor de harde lagen niet door het bit aangeraakt kunnen worden. Bij paarden die de tong over het bit steken vervalt de bufferende werking van de tong en komt het harde metaal van het bit rechtstreeks op de beenharde lagen te liggen. Wanneer je een ronde ijzeren staaf op je scheenbeen zou leggen en daar hard op duwt, dan besef je wel duidelijk wat er zich op dat moment afspeelt in de paardenmond. Paarden die de tong over het bit hebben reageren daar meestal extreem op. Ze doen dat door te zwaar in te buigen, door ‘door’ het bit weg te lopen of hevig het hoofd opwaarts te bewegen of weigeren gewoon nog verder te lopen. In zo een situatie wordt een paard nagenoeg onbestuurbaar, je weet niet meer waar je terecht komt.

Communicatie tussen paardentong en mensenvingers

Bij een goed gereden paard communiceert de zachte nageeflijke ruiterhand op een voortdurende manier met de steeds licht bewegende paardentong, hetwelk wij het afkauwen van het paard noemen. Door het afkauwen produceert het paard een overmaat aan speeksel, hetwelk door het kauwende effect omgezet wordt tot vlokkend schuim op de mondranden. Niet vergeten, Marieke, dat een onderdanig paard in de kudde met kauwen zijn onderdanigheid kenbaar maakt aan het dominantere paard. Die onderdanige relatie wensen wij toch ook met ons paard tot stand te brengen.

Tong zijdelings uit mond hangen!

Juist Marieke, ik zie die tong van je Jolieke ook regelmatig aan de rechterzijde naar buiten komen, maar ik zal met mijn wijsvinger eens voelen of zijn tong wel degelijk over het bit zit. Wij hebben toch nog wat geluk hoor, Jolieke’s tong zit niet over het bit, maar schuift onder het bit naar buiten, waardoor een normale aanleuning nog steeds deftig kan zijn.

Vreemd, zo’n ijzeren ding in je mond

Paarden die voor de eerste malen een bit in de mond krijgen hebben wel eens de neiging om in hun ontdekkingstocht naar dat vreemde voorwerp in hun mond, om hun tong eens over het bit te steken. Dat is op zich niet erg, want na enige gewenning ondervind je paard wel dat het gezelliger is om dat bit boven de tong te dragen i.p.v. van geprangd te zitten tussen de lagen en de onderkant van de tong.

Denk er maar even aan hoe ongezellig het voelt als er wat etensresten onder je tong terecht komen of de tandarts zijn speeksel wegzuig slangetje (wow, wat een omschrijving zeg) onder je tong steekt. Laat je paard in de stal maar rustig een tijdje wennen en dat probleem is zo opgelost, en natuurlijk doe je dat niet met je splinternieuwe hoofdstel en met diamanten beklede frontriem. Ook aan het dagelijks gebruikte halster kan je een simpel trensje bevestigen hoor.

Aangenamer door tong over het bit

Een paard steekt zijn tong over het bit omdat het dat het aangenaamste gedrag vindt, dat is de enige zekerheid die je hebt. Mogelijks vermijdt het daarmee pijn van de slecht onderhouden tanden, is het tongbeen wat verschoven, past het bit of het hoofdstel niet goed?

Harde ruiterhand is meestal de oorzaak

Maar de tong over het bit steken tijdens het rijden is meestal het gevolg van een te harde ruiterhand Marieke. Ik hoor veel instructeurs kwelen dat je hand moet stil staan, waardoor sommige ruiters hun hand als in gebetonneerd gaan vastzetten. Een ruiterhand dient natuurlijk wel rustig te staan, maar dient de bewegingen van het paard mee te volgen en actief in te werken, met minuscule teugelhulpjes, Dit om de nageeflijkheid en het afkauwen op te wekken bij het paard.

Duidelijk dus dat je niet je hand vastzet en wacht tot het paard vanzelf nageeft. Door deze doodstille handen leren paarden meestal veel gewicht te nemen op het mondstuk. Hierdoor wordt de doorbloeding van de tong belemmerd en verkleurt de origineel roze tong naar ongezellig blauw. Een belemmerde doorbloeding heeft tot gevolg dat er ook een vervelende tinteling in dat lichaamsdeel (Hier de tong) ontstaat. Leg je benen maar eens een tijdje over elkaar en je zal heel goed begrijpen wat ik hiermee bedoel.

Het ergste wat je kan overkomen

Ik ben toch wat ongerust hoor Dré, ik wil niet dat die uithangende tong een blijvend fenomeen wordt. Een terechte vrees Marieke, we zullen samen op zoektocht gaan om van dit vervelende euvel vanaf te komen.

Lossere neusriem als oplossing

Een tongprobleem is meestal niet op te lossen met het verder aanspannen van de neusriem Marieke, dat had je vorige week toch al stiekem wat uitgeprobeerd, neen? Door het snoeren van de neusriem, wordt het voor het paard totaal onmogelijk om een kauwende beweging met de tong te maken. Iedereen die iets van lichamelijke training weet dat door het bewegen van een lichaamsdeel er een verhoogde bloedcirculatie ontstaat. Dit om naast de temperatuurregeling, de nodige zuurstof en voedingsstoffen naar de tong te voeren. Wij stellen ook vast dat het geven van vervelende teugelhulpen, bij het verschijnen van de tong, hier ook niet het gewenste resultaat geeft.

Laat het niet tot een automatisme worden

Een tongprobleem dienen wij dadelijk aan te pakken en dat probleem oplossen is primordiaal ten opzichte van al het andere werk dat we nog voor de boeg hebben. In geen geval mag dit gedrag als een automatisme in de hersenen van ons paard opgeslagen worden. Zouden wij jezelf en je paard niet uit het beginnend patroon halen, Marieke? Ja?

Werk aan de hand als visuele toets

Wij gaan dus dat neusriempje heel wat losser maken i.p.v. van aan te snoeren en werken aan de nageeflijkheid van jezelf en je paard. Door je Jolieke aan de hand te werken kunnen wij ook het patroon veranderen en krijg jijzelf, naast je paard lopend, een beter zicht op het mondgedrag van je Jolieke.

Oh ja, we hebben je maatje tot hiertoe hoofdzakelijk rond en diep gewerkt en dus met het hoofd achter de loodlijn. Er is niets mis hiermee, maar er ontstaat hierdoor wel een lichte trekkracht op de tong. Als we je maatje nu eens meer oprichten, duidelijk voor de loodlijn, dan ontstaat er een drukkracht op de tong die in de richting van het tong aanhechtingspunt gaat i.p.v. een trekkracht. Leuk vast te stellen dat wij vandaag een duidelijke verbetering zien van dat vervelende tongedrag, laat ons hopen dat wij dat zo verder kunnen bestendigen.

Moest je Jolieke zijn tong ‘over’ het bit steken, Marieke, dat zou nog veel erger zijn dan zijn tong zijdelings naar buiten steken. Een lossere neusriem en werk aan de hand kunnen hier ook wel soelaas brengen.

Vervelende versterkingen gebruiken

Maar wat moet ik dan doen Dré als hij zijn tong over het bit steekt tijdens het bereden werk? Een gedrag dat je niet wenst, Marieke, dat dien je vervelend te versterken, je dient dat tong over het bit steken dus onaangenaam te maken voor je paard zodat je paard dit ongewenste gedrag gaat vermijden. Dat vervelend versterken kan je doen door sterkere, opwaarts en voorwaarts gerichte teugelhulpen te geven op het moment dat dat de tong over het bit gaat. Voor een bijkomende tik van de dressuurzweep of een sterke spoorhulp ben ik niet zo’n voorstander, aangezien deze vervelende versterking ver van het mondprobleem verwijderd zijn en het paard meestal de associatie met het ongewenste gedrag van de tong niet legt.

Afstijgen is een aangename versterking

Triest natuurlijk dat je meestal van je paard moet om die tong terug onder het bit te plaatsen. Afstijgen is stoppen met werken en is een aangename versterking van het laatst getoonde gedrag (Tong over bit) en dat doe je dus nooit binnen de 4 seconden na het tong voorval. In ieder geval rij je dus nog enkele meters door terwijl je vervelende versterkingen (Teugelhulpen in dit geval) geeft, alvorens af te stijgen. Eens je met beide voeten op de grond staat kan je (binnen de 4 seconden) natuurlijk verder gaan met de vervelende versterkingen. Dit om je paard aan te zetten zelf zijn tong terug onder het bit te plaatsen, wat meestal niet lukt. Maar behoud je toch van brutaliteiten. Dan kan je als weldoener voor je paard optreden door de vervelende versterkingen weg te nemen en de tong terug mooi onder het bit te plaatsen.

De nagevende hand is de juiste oplossing

En om samen te vatten, Marieke, een tongprobleem vindt meestal zijn oorsprong in een niet nagevende hand van de ruiter.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

87 Blijf bij je leest, beste jury

Blijf bij je leest beste jury.
Blijf bij je leest beste jury. Een jury is geen trainer.
Blijf bij je leest beste jury. Een jury is geen trainer.

Het nut van een oefenwedstrijd

Kom je eens kijken naar mijn oefenwedstrijd, Dré? Wij krijgen 10 minuutjes de tijd om onze proef in een echte wedstrijd omgeving te rijden, en de jury zal ons wat werkpuntjes meegeven naar huis. Het is de bedoeling dat jij als trainer er ook bij bent, zo hoor je waaraan er volgens de jury aandacht dient besteed te worden.

Succes ervaring gebeurt reeds thuis

Je weet ondertussen, Marieke dat ik het type trainer ben dat zijn ruiters tijdens de training opvoedt tot zelfvertrouwen en zelfstandigheid. Succes ervaring tijdens de dagelijkse training staat dan ook centraal. Een beetje tegen mijn zin, maar ik zal met jou meegaan naar deze schijnwedsstrijd.

Automatismen veranderen duurt lang

Het is ondertussen reeds meer dan een half jaar geleden dat je mijn hulp vroeg bij het verbeteren van de opleiding van je Jolieke. Je Jolieke liep op dat moment als een versleten houten hek, hing heel zwaar op je teugels, had een knik in derde halswervel, reageerde niet op je benen, … Dat allemaal uitte zich in onregelmatige gangen, een galop waarbij de achterhand abnormaal hoog opsprong, een niet uit te zitten steekdraf en een stap die neigde naar diagonalisering. Ja, onder de begeleiding van sommige vroegere lesgevers had men je geleerd een karikatuur te maken van je werkwillige

Het nut van een oefenwedstrijd

Kom je eens kijken naar mijn oefenwedstrijd, Dré? Wij krijgen 10 minuutjes de tijd om onze proef in een echte wedstrijd omgeving te rijden, en de jury zal ons wat werkpuntjes meegeven naar huis. Het is de bedoeling dat jij als trainer er ook bij bent, zo hoor je waaraan er volgens de jury aandacht dient besteed te worden.

Succes ervaring gebeurt reeds thuis

Je weet ondertussen, Marieke dat ik het type trainer ben dat zijn ruiters tijdens de training opvoedt tot zelfvertrouwen en zelfstandigheid. Succes ervaring tijdens de dagelijkse training staat dan ook centraal. Een beetje tegen mijn zin, maar ik zal met jou meegaan naar deze schijnwedsstrijd.

Automatismen veranderen duurt lang

Het is ondertussen reeds meer dan een half jaar geleden dat je mijn hulp vroeg bij het verbeteren van de opleiding van je Jolieke. Je Jolieke liep op dat moment als een versleten houten hek, hing heel zwaar op je teugels, had een knik in derde halswervel, reageerde niet op je benen, … Dat allemaal uitte zich in onregelmatige gangen, een galop waarbij de achterhand abnormaal hoog opsprong, een niet uit te zitten steekdraf en een stap die neigde naar diagonalisering. Ja, onder de begeleiding van sommige vroegere lesgevers had men je geleerd een karikatuur te maken van je werkwillige Jolieke.

No sweat no glory

Maar ik bewonder je doorzetting, Marieke. Tot tweemaal toe per week, ben je de laatste 6 maand op training geweest en de andere dagen heb je Jolieke thuis, stapje per stapje heropgevoed. Met het werk aan de hand hebben jij en je Jolieke gedurende deze periode nageeflijkheid, doorlaatbaarheid, afkauwen… geleerd. Sorry voor de met modder besmeurde mooie blauwe laarsjes, maar ik wou jullie hiervoor beschreven marionetten patroon doorbreken, door je in een voor beiden nieuwe en dus onbekende omgeving te plaatsen. Sommige mensen, zowel ruiters als jury’s als trainers denken dit met een uurtje zweten te kunnen oplossen, maar ik denk daar anders over. Patronen zijn diep ingesleten gedragingen die een gewoonte geworden zijn, en van je goede of slechte gewoontes geraak je niet zonder inspanning vanaf.

6 maand voor een schuimbekje

Als trainer vind ik het leuk dat je er in deze 6 maand in geslaagd bent jezelf en je Jolieke om te tunen naar een combinatie met normale soepele correcte gangwijzen. De valse knik in de hals is links reeds volledig verdwenen en ik bemerk een lekker schuimbekje ten gevolge van je gevoelige nagevende hand. Aan de galoppirouettes hebben wij ondertussen reeds wat gesleuteld, maar voor de galopwissels op zich, en zeker niet voor de series, hebben wij nog geen tijd kunnen uittrekken.

Een trainer hoeft niet op wedstrijd

Veertien dagen geleden ben ik op oefenwedstrijd geweest Dré, maar in mijn drie’ers en vier’ers piepte mijn Jolieke ervantussen uit, geen enkele controle meer, kom je eens kijken naar de volgende oefenwedstrijd?

Dat wil ik doen Marieke, maar dan gaan wij toch thuis eerst wat aan de controle van je serietjes werken. Als je Joliekeer vandoor wil gaan tijdens de opeenvolgende wissels onderbreek je maar de series en rij je een heel klein voltetje om de verzameling en rust te herstellen. Jolieke en Marieke pikken dit wonderwel op en na een paar herhalingen geven zij de serie met het juiste aantal tussenpassen en perfect op jouw hulpen. Wij beseffen natuurlijk beiden dat je op deze series van wissel geen tien als quotering kan krijgen, maar wij voelen ons wel gelukkig met deze evolutie.

Hoera, even goed op wedstijd als thuis

Hoera, tijdens de volgende oefenwedstrijd, onder het toeziende oog van de bekwame alles bemerkende jury en een in de schaduw meekijkende trainer, worden de wissel gegeven. Juist zoals wij die thuis geoefend hadden. Het door Marieke gestelde doel is bereikt en wij voelen ons beiden voldaan en Marieke lacht breed. Juist, wij leveren allemaal deze inspanningen om er ‘voldoening’ aan te beleven, toch?

Het oordeel Gods daalde neer

Plots klinkt de doordringende stem van de ervaren jury door de piste. “Als je wil punten krijgen op je galopwissels zal je die wel anders moeten rijden hé. Rij die series nog maar een paar keer opnieuw, Marieke. Hou je Jolieke opwaarts, doe die achterhand meer ondertreden, richt hem recht, meer voorwaarts doen springen, veel minder met te teugels werken, zet jezelf rechter, zwaai zo niet met je benen, … Een overvloed aan juiste en goed gedoelde informatie, maar trainingskundig onbekwaam gebracht. Trainingen dienen namelijk opgedeeld te worden in kleine onderdelen, die behapbaar zijn voor zowel paard als ruiter, zo creëer je een voldoeningsfase voor ruiter en paard.

Het vertrouwen kwijtraken

Na meerdere dwingende herhalingen zijn Jolieke en Marieke volledig de kluts kwijt en weten zelfs niet meer hoe een eenvoudige galopwissel wordt gereden.

Ho, de tien minuten zijn voorbij, ik moet mij aan het tijdschema houden, graag de piste verlaten, Marieke, schalt de stem van de jury naar het ongelukkig kijkend Marieke.

En ja hoor, Marieke’ verlaat ontgoocheld de piste, en Jolieke heeft geleerd dat je bij paniekerig gedoe mag stoppen van werken, ook dat zal hem zeker de eerste weken bij blijven.

Dan maar herbeginnen

Ook al zeg je aan Marieke dat ze van mij heel veel kan leren, neen beste jury, ik kan je niet proficiat wensen met je laatste tussenkomsten. Je hebt mijn pupil, haar paard en mijzelf terug naar ‘AF’ gekatapulteerd.

.

No sweat no glory

Maar ik bewonder je doorzetting, Marieke. Tot tweemaal toe per week, ben je de laatste 6 maand op training geweest en de andere dagen heb je

Mogelijks ook interessant om lezen:

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

86 Verspringt mijn paard toch wel van galop!

Verspringt mijn paard toch wel van galop!
Verspringt mijn paard toch wel van galop! Dat is veelbelovend voor de vliegende wissel.

Een contra galop probleem

Bij het rijden van een gebroken lijn in galop verspringt mijn Jolieke steeds van galop Dré, en zondag moet ik reeds op wedstrijd.

Conditoneren van de galophulpen

Laat ons dan maar eens eerst naar je gewone galopwerk kijken, Marieke, begin maar eens met een gewone grote volte te rijden. Bij het rijden van een grote volte leg je steeds je buitenbeen wat achteruit terwijl je binnenbeen op zijn normale plaats aan de singel blijft liggen en lichtjes wordt aangedrukt. Neen, je duwt niet echt met je binnenbeen tegen de paardenromp, maar je onderhoudt met dit binnenbeen een voortdurend maar onzichtbaar contact. Je legt dit been ‘a fleur de…’ zoals de Franstaligen dat zo mooi zeggen. Dit minimaal contact van je binnenbeen wordt voor je Belzibuth een duidelijk teken voor de linker of rechter galop. Het linkerbeen ‘a fleur de’ is linker galop, je rechterbeen ‘a fleur de’ zal rechter galop betekenen. Rij nu maar de ganse piste rond in galop, en ja bevestig dat kleine ‘a fleur de’ signaaltje maar overal en altijd aan je Jolieke.

Galop verzameling verhogen

En nu je grote volte spiraalsgewijze verkleinen naar een zo klein mogelijk cirkeltje, Marieke. Ja, ga het punt maar opzoeken waar je Jolieke het lastig krijgt om nog te galopperen, daar ligt echt het trainingsmoment voor het verhogen van de verzameling van je galop. Tijdens dit werk leg je natuurlijk je buitenbeen wat meer achterwaart om te beletten dat je Belzibuth zijn achterhand naar buiten zou zwaaien om aan de verhoogde belasting op de achterbenen te ontsnappen. Denk er gerust maar aan om de achterhand zelfs wat naar binnen te plaatsen, een beetje travers in de kleine volte kan geen kwaad. En die traversvolte zullen wij later toch nodig hebben voor het ontwikkelen van galoppirouetten, maar dat is voor later, laat ons nu niet afwijken van het doel van onze training.

Van volte naar rechte lijn

Een prettig gevoel hé Marieke, die dragende, ondergebrachte achterhand op dat klein voltetje, dat is verzamelde galop, ja sla dat gevoel maar op je C-schijf op. Met een spiraallijn vergroot je nu je volte en neem datzelfde gevoel maar mee op een grote volte en verander niets aan je hulpen. Zie je wel, naar een paar pogingen kunnen jullie reeds verzameld galopperen op de grote volte, en straks gaan wij die verzameling ook op de rechte lijnen mee kunnen nemen. Natuurlijk valt je Jolieke regelmatig terug open, verzameling, veel gewicht brengen op je achterhand, is immers een lastige karwei. Aarzel niet om regelmatig terug te keren op die kleine volte Marieke, zo kunnen jullie beiden dat gevoel van verzameling terug oproepen en dit gedrag verder automatiseren.

Op middellijn aanspringen

Spring op de middellijn maar eens links of rechts aan Marieke, dan zien wij of je Jolieke jouw hulpgeving hiervoor begrepen heeft. Oh, niet dus, en zeker het naar rechts aanspringen schijnt heel moeilijk te liggen. Maak het voor je Jolieke maar eenvoudig Marieke, maak hem op de rechterteugel maar duidelijk nageeflijn, en ja hoor, zet die achterhand ook maar scheef naar rechts, zodat hij volledig op rechts gebogen is. Ik weet wel dat je in je proef geacht wordt om recht aan te springen, maar hier zijn wij gewoon aan het trainen. Eens jullie beiden begrepen hebben hoe dat aanspringen juist gebeurt zullen wij die rechtheid daar heel snel terug kunnen in plaatsen.

Bliksemsnelle reactie vragen

En zoals reeds vroeger aangegeven dient je Jolieke bliksemsnel op je binnenbeen aan te springen, op het moment dat zijn rechter voorbeen de grond verlaat. Je teugels ga je niet vieren, Marieke, maar je linker teugel blijft wat aangesloten terwijl je rechterteugel toch wat nageeft zodat de rechterschouder de mogelijkheid heeft om naar voor te komen en de rechter galop kan geïnitieerd worden. Voor het links aanspringen hoef je al deze hulpen niet zo uitgesproken te geven, want je Belzibuth heeft toch de neiging om spontaan steeds in de linker galop aan te springen. Spring maar meerdere malen achter elkaar in de rechter galop aan, zodat dit allemaal voor jou en je paard vanzelf begint te lopen.

Begin met gemakkelijke kant

En nu Marieke, gaan wij naar je gebroken lijn met contragalop in de omgeving van X eens bekijken, dat was toch het doel van je dressuurles. Wij gaan natuurlijk deze oefening op de rechterhand oefenen, want je Jolieke zal maar graag naar zijn gemakkelijke linker galop willen springen, zeker bij het bereiken van het omstelpunt. En stel je paard maar overdreven naar rechts tijdens deze oefening, juist zoals wij dat bij het aanspringen in de rechter galop hebben besproken.

Juiste voorbereiding werp vruchten af

Leuk om te bemerken dat je paard geen enkele keer omgesprongen is tijdens je gebroken lijn, Marieke. Duidelijk dat je met de juiste voorbereidingen veel moeilijkheden kan voorkomen. Het is altijd beter om voor te denken dan om na te denken.

Misschien is een voorgaand artikel ook interessant om lezen?

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

85 Richt je paard recht met zijgangen

Richt je paard recht met zijgangen.
Richt je paard recht met zijgangen. Beheersing van de zijgangen is noodzakelijk om recht te richten.

Alle hulpen onafhankelijk beheersen

Kijk eens Dré waaraan ik verder gewerkt heb de laatste 14 dagen, glundert Marieke. Tijdens de laatste les had je mij het rijden van de appuyer in stap grondig uitgelegd, maar ik heb deze reeds zelf verder ontwikkeld in de draf. En ja hoor Marieke, dat heb je heel handig verder getraind. Juist, alle zijgangen laat ik door mijn leerlingen eerst in stap uitvoeren en pas in een later stadium sleuren wij die andere gangen er ook bij.

Tijdens het aanleren van een nieuwe oefening moeten alle signaaltjes die je aan je Jolieke geeft en ook terug ontvangt, nog eerst door je hersenen verwerkt worden. Het vraagt natuurlijk wat tijd om al die verschillende hulpen op een korte tijdspanne te kunnen inzetten en ook nog eens te spelen met de intensiteit ervan. Een ganse boterham om dat toch maar te begrijpen. Gelukkig wordt dat allemaal geautomatiseerd bij het veelvuldig rijden van die oefening en hoef je er niet meer echt aan te denken.

Gebruik een vleugje van alle zijgangen

Nu je ook de appuyer verworven hebt Marieke gaan wij toch ook de travers en de renvers gebruiken in onze training. Oei, weer wat nieuwe zijgangen Dré, wordt dat niet wat veel op deze korte termijn. Niet ongerust worden Marieke, appuyer, travers en renvers zijn volledig dezelfde oefeningen, enkel de plaatsen waar je die rijdt is verschillend. Een appuyer wordt op een diagonaal gereden, terwijl de renvers en travers meestal op de hoefslag gereden worden, en later ook op de kwartlijn of de binnenhoefslag.

Werk je eenzijdige aanleuning weg

Tijdens het losrijden heb ik je er reeds opmerkzaam op gemaakt Marieke, dat je Jolieke op de linker teugel wat meer aanleuning neemt dan op zijn rechter. Ja, hij is dus wat ongelijkmatig in zijn aanleuning en buigt zich daardoor op de linker voltes met de hals graag wat naar buiten. Daar is eigenlijk niets mis mee hoor, jijzelf bent toch ook links of rechtshandig en dus ook niet symmetrisch in je handelingen. 

Zoek naar een gezapig teugelcontact

Reeds vanaf het losrijden zullen wij er ons op focussen om op je linker teugel meer nageeflijkheid te krijgen en op de rechterteugel meer aanleuning te gaan zoeken. Je rechterhand ga je zo stil mogelijk houden, zodat je Jolieke daar ook aanleuning durft op te nemen. Neen, Marieke, je hoeft met je linkerhand niet zo’n grote en grove polsbewegingen te maken. Een kleine vibratie met je vingerkootjes is voldoende om hier een gezapig contact links te krijgen. Bij het zo links nageeflijk maken ondervind je wel, dat je dat ook gewaarwordt in je rechterhand, waar wij proberen een verhoogde en constante aanleuning te verkrijgen. Zo proberen wij je Jolieke dus links wat lichter te maken en rechts wat zwaarder op de hand te krijgen.

Of wij die aanleuning links en rechts volledig gelijk krijgen is heel onwaarschijnlijk Marieke, maar het is toch belangrijk dat wij die aanleuning zoveel mogelijk gelijk krijgen op de beide kanten, dit teneinde ons als combinatie zo symmetrisch mogelijk te ontwikkelen. Die gelijke aanleuning is natuurlijk ook van groot belang om je Jolieke recht te kunnen richten en daarmee hem ook te kunnen begeleiden naar de meer verzamelde oefeningen.

Neem de hoefslag als referentiepunt

Het rechtrichten van je paard wordt vanaf nu dus een heel belangrijk aandachtspunt, en dat gaan wij nu eerst op de hoefslag eens bekijken. Deze rechte hoefslaglijn zal dienen als ons referentiepunt om de rechtheid van je Jolieke te controleren. En ja, met jouw talenten bemerk je natuurlijk dat zijn achterhand de neiging heeft om te veel binnenwaarts te lopen, op de rechterhand dan toch. Op de linkerhand doet dit probleempje zich minder voor, aangezien hierbij de achterhand door het beschot beperkt wordt in zijn mogelijkheid om uit te wijken.

Alle zijgangen heb je nu wat in je benen zitten, Marieke en die gaan wij nu ook gebruiken om ons ander werk te verbeteren.

De voorhand en de achterhand uitlijnen op elkaar is mogelijk door het gebruiken van zowel de schouderbinnenwaarts als de renvers.

Voeg een snuifje schouderbinnenwaarts toe

Met een vleugje schouderbinnenwaarts (Schoudervoor) kan je zeker de voorhand wat naar binnen brengen, Marieke. Zo kunnen wij toch de voorhand en de achterhand al op één lijn doen lopen. De verhoogde halsbuiging tijdens de schouderbinnenwaarts is wel nog iets waarvan wij hier nog dienen verlost te worden.

Neem ook een slokje renvers

Om recht te richten kunnen wij natuurlijk ook een vleugje renvers rijden, waarbij op de rechterhand de voorhand ook wat naar binnen geplaatst wordt en wij een over de benen recht gericht paard bekomen. Ja, Marieke, hier hebben wij als nadeel dat ons paard in de hals naar links gesteld is, dus juist tegenovergesteld van in de schouderbinnenwaarts.

Overdrijf maar wat met je zijgangen

Zo, Marieke, genoeg theorie, begin er maar aan. Ik verwacht van jou dat je afwisselend korte stukjes (enkele meters) met een vleugje schouderbinnenwaarts en renvers rijdt. Bij aanvang mag de omstelling tussen deze beide zijgangen zelfs wat overdreven zijn, de slinger mag gerust eens doorslaan, niks mis mee.

Maak er een automatisme van

Mooi toch Marieke hou je na een paar minuten reeds deze overgangen kan rijden vanuit je coördinerend vermogen. Met je dagelijkse oefeningen zal dit rechtrichten een automatisme worden en hoef je daar in het geheel niet meer over na te denken

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

84 Verzameling verbeteren door achterwaarts gaan

Verzameling verbeteren door achterwaarts gaan.
Verzameling verbeteren door achterwaarts gaan. Achteruit gaan bevordert de nageeflijkheid en de verzameling.

Moeilijk achteruit

Na veel verzet tegen de hand en de achterhand steeds uitzwaaiend naar rechts, krijg ik mijn Jolieke enkel met veel moeite bewogen tot achteruit gaan, kan jij daar eens naar kijken Dré. Natuurlijk kan ik daar eens naar ‘kijken’ Marieke, maar daarmee zal het niet opgelost zijn. Ik neem aan dat je wenst te weten te komen wat je daaraan kan doen, dus gaan wij die gebrekig werkende versnellingspook eens samen analyseren.

Eerst leren rechtrichten

Tijdens het eerste deel van onze dressuurtraining hebben wij reeds intensief op het rechtrichten van je Jolieke gewerkt en dit in de verschillende gangen. Je Jolieke loopt redelijk nageeflijk, zou wel wat beter mogen afkauwen, maar heeft links duidelijk meer aanleuning dan rechts.  Schouderbinnenwaarts links, wijken voor de kuit rechts…, ja, alle oefeningen waarbij wij de linkerteugel nageeflijk maken en de rechter teugel verhoogd dienen in te zetten, zullen de eerste maanden regelmatig op het menu dienen gezet te worden. Eigenlijk hebben wij reeds de ganse tijd gewerkt naar méér aanleuning rechts en minder aanleuning links. Dat is ook het probleempje dat nu tijdens het achteruitgaan op de voorgrond treedt: schuin achteruitgaan dus, met de achterhand te veel naar rechts.

Vroeger was het steeds voorwaarts

Tot hiertoe hebben wij altijd en alles gedaan om ons paard voorwaarts te laten gaan, logisch dus dat dat beest van achterwaarts gaan niets begrijpt. Neen, het is zeker geen onwil, maar gewoon onbegrip.

Aan de hand achteruitgaan

Achteruit gaan heb je normaal gezien al geleerd aan je paard tijden het dagelijks onbereden omgaan. Je paard gaat toch achterwaarts de trailer af en in de poetsplaats heb je meestal ook met dat achterwaarts gaan te maken, toch? Met je linkerhand op de neus (Ja, neus van het paard natuurlijk) en de rechterhand op de schouder (Juist, niet op jouw schouder, maar op de schouder van het paard) kom je zeker al een eind verder. Je Jolieke mag gerust scheef achteruit gaan, dat is voorlopig geen probleem, zolang er maar een achterwaartse trend aanwezig is, dan zijn wij reeds gelukkig. En een tikje van de dressuurzweep op de borst of het voorbeen is ook geen doodzonde hoor. Kom maar eens van je paard Marieke, we gaan eerst je paard eens leren aan de hand achteruit gaan. Zie je wel dat het lukt.

Spring maar terug op je Jolieke, Marieke, ik zal jouw plaats op de grond innemen en wij gaan de achteruitsignaaltjes bij je paard en jezelf wat verder conditioneren.

Gesloten halthouden als uitgangspunt

Een paard kan zich gemakkelijker achteruit bewegen vanuit een onder de massa staande achterbeen. Vanuit een gesloten halt, zo noemen wij dat Marieke, kan je Jolieke zich bijna zonder moeite naar achter laten vallen door de zwaartekracht. Dit gesloten halthouden oefenen wij dus voorafgaandelijk door kort halt te houden vanuit een verzamelde draf naar het stilstaan. Zie je wel, reeds na een paar keer staat je Jolieke met zijn achterbenen veel dichter bij zijn voorbenen en staat daarbij ook nog eens mooi vierkant. (Mag ook rechthoekig zijn, hihi)

Zo, dit waren toch eerst wat voorbereidingen alvorens tot het echte achteruit gaan te beginnen. Natuurlijk is je stilstaande paard ook nageeflijk alvorens wij de achteruit vragen. Neen, je hoeft het achteruitgaan niet aan te vangen met aan de teugels te trekken, maar wel door het creëren van impuls. Jaja, impuls, de bereidheid om over te gaan tot een actie, kan je ook tijdens het stilstaan van je Jolieke vragen.

Geef maar de gewone beenhulpen om voorwaarts te gaan en een fractie van een seconde later, op het moment dat een voorbeen de neiging heeft om de grond te verlaten, werk je met beide teugels gelijktijdig in, weerstand bieden moet ik dat hier noemen. Tijdens de eerste oefeningen zal ik jullie vanop de grond assisteren, juist zoals je daarstraks aan je Jolieke geleerd hebt. Zie je wel dat achteruit gaan is toch geen enkel probleem. Maar vergeet niet zelf te stoppen met achteruit gaan, met één of enkele pasjes mag je reeds tevreden zijn.

Niet eindeloos achterwaarts gaan

In de beginfase zeker niet eindeloos achteruit gaan en je paard niet zelf het initiatief te laten nemen om met die boel te stoppen. Vergeet niet je terugwerkende teugelhulpen (Oei, wat een lelijk woord) in te zetten, maar ook ze ook bij iedere pas te onderbreken. Anders krijg je een op de hand hangend paard met een te diepe halshouding en over de grond slepende hoeven. Weet wel dat bij een verdere verfijning van het achteruitgaan je teugelhulpen nagenoeg overbodig worden en vervangen worden door het licht naar achter kantelen van het bekken. Een gevorderde ruiter zal dit bekkengebruik reeds van bij het aanleren van het achteruit gaan als eerste signaal geven, direct gevolgd door de andere reeds bekende hulpen. Juist Marieke, tijdens het voorwaarts gaan laat je je bekken voorwaarts meegaan en tijdens het achteruitgaan kantelt je bekken achteruit. Zelfs een ezel van een paard kan dat goed begrijpen.

Voorwaartse drang tijdens achteruit gaan

En tijdens het achteruitgaan dien je ook steeds de drang voorwaarts in je paard te houden, Dré? Juist, tijdens het achteruitgaan moet je paard steeds voorwaarts denken en dat ook daadwerkelijk doen op het inzetten van je voorwaartse drijvende hulpen. Dus na een door jou bepaald aantal stappen achteruit gaan rij je steeds voorwaarts in een verzamelde impulsieve stap en deze oefening herhaal je meermaals achter elkaar en dit zonder halt te houden tijdens het omschakelen. Door dit schäukelen, zoals de Duitsers dat noemen, wordt de gehoorzaamheid en doorlaatbaarheid verder vervolmaakt.

Eén stap of een tientallen meters achteruit

Eens je paard enkele passen achterwaarts gaat volgens het boekje zullen wij het aantal passen stapsgewijze (Passend woord hé) opvoeren. Een ganse lengte achteruit gaan is geen boosdoenerij, maar een prachtige oefening voor het verzamelen van je Jolieke, terwijl achterwaarts een ‘S’ rijden de je gevoel voor het recht richten van je paard kan verbeteren.

Leuk dat mijn Jolieke nu achteruit gaat, maar je ziet toch ook wel dat hij daarbij scheef achteruit gaat, Dré! Laat je droompaard nu maar even genieten van het achteruitgaan zelf en na de bevestiging van je hulpen pakken wij de scheef gaan wel aan.

Ook in het achteruit gaan richten wij je paard recht, Marieke, en lijnen wij dus de voorhand en achterhand op elkaar uit.

Voorhand en achterhand uitlijnen

Door het inzetten van de variërende teugelhulpen plaatsen wij de voorhand mooi voor de achterhand of/en lijnen wij de achterhand uit op de voor hand door het inzetten van de gepaste beenhulpen. Het intermitterend inzetten van de teugel langs de holle kant (in dit geval de rechterzijde) zal de voorhand actief naar links voor de achterbenen plaatsen. Door het inzetten van de eenzijdig teugeldruk kan je ook je paard leren om vanaf het halthouden met een bepaald been eerst te beginnen met achteruit te gaan.

Het verhoogd inzetten van de linker teugel is de aanleiding om de linker diagonaal naar achter op de bodem te plaatsen, zodat het rechter achterbeen op dat moment diep onder het zwaartepunt van het paard staat. Dit rechts onderstaande achterbeen is dan ideaal gepositioneerd om de stuwkracht voor het links aanspringen te leveren. Deze gelegenheid om links aan te springen dient zich dus telkens aan wanneer het linker voorbeen tijdens het achteruitstappen de grond raakt.

Je benen hoeven niet achteruit te liggen

Meestal vertelt men dat je je beide benen dient achteruit te leggen om goed te kunnen achteruit gaan. Persoonlijk dank ik dat dit geen noodzakelijkheid is, maar bij het uitlijnen van de achterhand op de voorhand is een tijdelijk achteruit leggen en verhoogde activiteit van het been langs de kant van het uitwijken zeker een goede ondersteuning.

Diagonale beenzetting

Een goed achteruit gaan is dus gekenmerkt door voorwaartse impuls, opgerichtheid, nageeflijkheid, ondergebrachte achterhand en een mooie diagonaal van de op de grond komende benen.

Juist Marieke, je hebt goed begrepen wat ik gezegd heb, de achterwaartse stap heeft dus een diagonaal beweging van de diagonale been paren, juist zoals dit het geval is bij de normale draf. Om deze reden wordt de piaffe dan ook soms ontwikkeld vanuit het achteruitgaan. Van die piaffe mag je nu reeds wat dromen, maar vervolmaak toch eerst maar je achteruitgaan. Komt goed hoor.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

83 Toch maar eerst longeren, of niet?

Toch maar eerst longeren, of niet?
Toch maar eerst longeren, of niet? Longeren is meer dan je paard laten rondhollen.

Terug in training nemen

Ik kan met mijn zwarte parel, Mirabella, terug beginnen trainen, Dré, het mooie veulentje is ondertussen gespeend, kom je nog eens af voor een lesje? Ik kom er zo aan, Marieke.

Al roepend op haar veulen komt Mirabella ontstuimig en ietwat oncontroleerbaar en dus ongehoorzaam uit de box. Marieke zelf heeft het er blijkbaar op, om één van mijn lesjes te smaken en er terug aan te beginnen.

Ik kruip er wel direct op, hoor!

Terwijl Marieke en haar behulpzame vriend tevoet met Mirabella naar de piste stappen, vraag ik toch wat verder door naar het voorbereidingsproces voor dit lesje, dit aangespoord door een heel vervelende merrie dewelke maar weinig respect toont voor haar begeleiders. Oh, ik heb haar reeds een paar keer gelongeerd, Dré, maar er op gezeten, neen, dat heb ik in maanden niet meer gedaan, dit wordt nu terug de eerste keer. Gezien mijn ouderdom ben ik toch wat voorzichtiger geworden en vraag Marieke of ze direct haar Mirabella gaat bestijgen en of het niet beter zou eerst wat te longeren? Maar neen, Dré, ik kruip daar wel direct op hoor, en zo doet Marieke dat dan ook met een bewonderenswaardig zelfvertrouwen.

Geen respect voor ruiter en begeleider

Mirabella wenst tijdens het opstijgen niet stil te blijven staan, slingert haar hoofd maar wat in het rond om van die vrijheid belemmerende teugels vanaf te geraken en vertoont bij de eerste stappen reeds een stevige neigingen tot bokken, maar Marieke blijft glimlachen.

Als ik aan Marieke vraag om af te stijgen fonkelen haar ogen in mijn richting. Haar lichaamstaal vertelt mij dat zij haar onstuimige merrie wel de baas kan en er zeker niet zal afgebokt worden. Ik twijfel niet aan je ruitercapaciteiten, Marieke, maar bij een lichamelijke krachtmeting met je 600kg wegende Mirabela zijn wij zeker de verliezende partij. Wij gaan toch eerst maar een partijtje longeren inlassen, Marieke.

Stijg maar af, we gaan even longeren

Dan maar even op zoek gaan naar de longeerlijn en de langste longeerzweep, want neen dat beestje heeft echt geen goesting om rondjes te lopen. Neen, bijzetteugels moet je niet gaan zoeken, we gebruiken wel je gewone teugels om Mirabella bij te zetten. We gaan deze bijzet teugels eerst wat te lang laten, want ik heb reeds bemerkt dat zij zich graag losrukt. Een paard dat te kort is bijgezet kan daarop wel eens reageren door te steigeren en daarbij zelfs achteroverslaan.

Een half uurtje strijd voor nageeflijkheid

Tijdens het longeren bemerken wij dat Mirabella heel tegendraads is. Niet vooruit willen en onverwachts stoppen, afwijken dan de longeercirkel en Marieke meesleuren waar zijzelf dat wil. Ook de ogen, het orenspel en het zwiepen van de staart vertellen ons dat Mirabella enkel haar eigen gedacht wil doen. Na een half uur intensief longeerwerk is haar pijp toch al wat uit en begint zij toch wat over de rug te lopen. Hoera, want dat over de rug lopen, daar was het mij toch om te doen. Voorwaarts en neerwaarts zijn toch de basisregels bij het africhten van het paard, en als ze dat al niet aan de longe doen is er weinig kans dat het bereden zal vertoond worden.

Longeerlijn door bit naar singel

Mirabella beukt met vele kilo’s tegen het bit en slaagt er ook nog in om soms door onze longe hulpen te breken. Natuurlijk hebben wij de longeerlijn door het bit naar de singel geplaatst zodat wij het paard met een weerstandbiedende en nagevende hand kunnen doen nageven. Uit de woorden die in deze zin terug te vinden zijn blijkt dan ook duidelijk dat longeren meer is dan alleen maar rondjes lopen.

Even de splinternieuwe neusriem bekijken

Oh, ook de tong van Mirabella wordt ook nog over het bit gestoken, maar dat schijnt een accidentje te zijn, want dat uiterst ongewenste gedrag wordt maar éénmaal vertoond. Pas nu bemerk ik dat de blinkende goudkleurige neusriem veel te los is. Juist Dré, mooi hé, dit is een compleet nieuw hoofdstel, van mijn ventje voor nieuwjaar gekregen. De neusriem kan ik wel nog wat verkorten maar er zijn niet genoeg gaatjes om tot op de gewenste maat te kunnen aanspannen. Ik ben nu zeker niet van het type dat kikt op hard spannende neusriemen, Marieke, maar een neusriem heeft toch ook zijn doel, het opensperren van de mond belemmeren en toch toelaten dat het paard nog gezellig kan kauwen. Ik neem aan dat je een perforatietang hebt om daar een paar gaatjes bij te knippen.

In het zweet des aanschijns …

Eindelijk, na drie kwartier zwetend en schuimend longeren bereiken wij ons doel, ontspannen mooie rondjes lopen en dit in een voorwaarts-neerwaartse houding en kauwend nagevend op het bit. Dit zijn allemaal kenmerken van het natuurlijke onderdanigheidsgedrag. Onderdanigheidgedrag heeft dan ook alles te maken met ‘respect’ voor de ruiter

Nog snel eens bereden bevestigen

Hoera, eindelijk mijn doel bereikt Marieke, maar ik weet dat je mij niet voor een longeersessie gevraagd had, maar om van te genieten van een bereden ritje. Maar we hebben nog 5 minuutjes, kruip maar terug op je Mirabella. Marieke en geniet van een nageeflijk en op het been reagerend paard, juist, we gaan deze genoegdoening vandaag enkel in stap kunnen ervaren.

Werk je Mirabelle de volgende dagen maar verder aan de longe en zoek hier het ‘respect en vertrouwen’ van je paard. Het bereden werk wordt dan later aangeboden als een kers op de taart.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

82 Graag mijn piaffe eens bekijken

Graag mijn piaffe eens bekijken
Graag mijn piaffe eens bekijken. Een piaffe dient over de jaren heen verder ontwikkeld te worden.

Al lang dezelfde instructeur

J’ai le même instructeur depuis plussieurs années, Dré, je suis très content de son  encadrement, mais nous avons un problème insurmontable.

Mijn paard springt weg uit de piaffe

Mijn Jolieke is door mijzelf Grand-Prix klaar gemaakt, maar hij springt steeds weg uit de piaffe en hij piaffeert te traag. Mag ik eens tot bij jou komen voor een ‘Second Opinion’, jij hebt veel ervaring met het werk aan de hand, misschien geeft deze andere aanpak het gewenste resultaat? Leuk toch, als ik voor wat ernstig bij de dokter moet, dan vraag ik ook meestal een ‘Second Opinion’. Kom maar eens met je Jolieke tot bij mij, Marieke, dan kunnen wij samen ‘life’ de situatie eens bekijken. Aan filmpjes heb ik niet zoveel.

Rij je paard maar los, Marieke, doe maar alsof je thuis aan het trainen bent en na een paar rondjes is het moment er om reeds wat van gedachten te wisselen. Prettig toch om met een ervaren combinatie, in alle discretie tot de kern van de zaak proberen te komen.

Trens en stang, een slof en lijntjes van de spoor

Bij het betreden van de piste bemerk ik dat Jolieke met trens en stang is opgetooid, een mooie lederen slofteugel is ook van de partij en de ervaren groom heeft het paard met een lang touw onder controle. Oh, verklaar eens Marieke, waarom gebruik je een slof bij een Grand-Prix paard en ook dat lange touw? Zeg eens…

Mijn Jolieke is 1.81m en weegt 700kg, Dré, en als hij nerveus wordt tracht hij wel eens het hazenpad te kiezen. Je reactie daarop kan ik dan wel begrijpen, alhoewel dat geen normaal gedrag meer is voor een paard van dit niveau. Ergens tijdens de africhting moet er wat verkeerd gegaan zijn en heeft je Jolieke duidelijk succes gehad met dit vluchtgedrag, hij gebruikt dit om zich te onttrekken aan de hogere spanning die zeker nodig is om tot zwaardere prestaties te komen. Dit ongewenste gedrag valt nog mee, het zou erger zijn moest je paard zijn heil gezocht hebben in staken of steigeren.

Wegstormen met opgekrulde hals

En ja hoor, tijdens het losrijden op de buitenpiste bemerk ik een in de hals opgekruld paard dat steeds meer voorwaarts weg wil weglopen. Lang rond en diep is dat beestje voorlopig niet te rijden, maar dat zou mogelijks wel kunnen komen door het feit dat mijn Jolieke steeds in een binnenpiste wordt gewerkt, vertelt Marieke mij. Anderzijds bemerk ik op de flank van het hete paard een donkere gebogen slijtage lijn in het blinkende schimmelkleurige haarkleed, daar waar je spoor heel veel inwerkt, Marieke. Oh, ik had hem daar niet mogen scheren, dat komt waarschijnlijk door het werk op de piaffe, argumenteert Marieke.

Het losrijden vertelt het africhtingsverhaal

Dit losrijden vertelt mij toch al een hele boel dingen. Je Jolieke wordt met de sporen aangezet tot een paffe ter plaatse en ook nog door je instructeur met het zweepje aangemoedigd tot verhoogde activiteit. De enige uitweg voor Jolieke is door je handen te springen en ervanonder te muizen.

Ook de vele goeie dingen zien

Tijdens het voorstellen van de piaffe bemerk ik een goed gediagonaliseerde drafbeweging en een goed van de grond komend achterbeen. Dit zijn toch twee heel belangrijke goede eigenschappen voor een goede piaffe. Je hebt gelijk, Marieke, je Jolieke zakt echter niet in de achterhand, maar het is toch belangrijk te beseffen dat er ook goede dingen in je werk zitten. Maar de piaffe moet ook sneller zijn, Dré. Oh, een goede piaffe is niet snel Marieke, met snelle drafpasjes krijg je modder makende paarden, dewelke geen tijd hebben om met de achterbenen van de grond te komen. Deze traagheid is dus nog maar eens een goed punt van je Jolieke. Wij hebben al geprobeerd om hem meer te doen ondertreden met de achterhand door hem met de zweep om het kruis en de achterzijde van de bil te toucheren, Dré. Maar dat geeft niet het verwachtte resultaat.

Bestaande patroon doorbreken

Als ik alles op een rijtje zet, Marieke, wel je hebt een paard met heel veel piaffe potentieel, maar een piaffe dient men langzaamaan te ontwikkelen, dat vraag veel tijd. Ikzelf zou je Jolieke aan de hand leren piafferen, zodat de piaffe op een totaal andere manier wordt benaderd, zijn huidig patroon (gewoonte, automatisme) wordt dan gans doorbroken. Je paard beheerst de piaffe al, dat betekent dat wij toch in een versneld tempo met het werk aan de hand kunnen verder gaan.

Jaja, Marieke, je Jolieke gaan wij in eerste instantie duidelijk voorwaarts laten piafferen en de drang naar voor voorlopig er voorwaarts uitlaten, zodat hij zich niet aan het werk dient te onttrekken door door je hand te springen. En tijdens dat voorwaarts piafferen gaan wij hem licht op de buik toucheren. Om zijn achterhand onder te brengen dienen de buikspieren het bekken voorwaarts de doen intrekken, en dat gebeurt door de buikspieren. Moest je paard te veel met de achterhand ondertreden, dan zou ik hem op het kruis aanraken met de dressuurzweep. Kwestie van zijn rugspieren aan te trekken en zijn kruis minder te doen aantrekken. Maar dat is niet het geval bij je Jolieke.

Dat opkrullen in de hals, ook tijdens de piaffe, dienen wij weg te werken. Door opwaarts gerichte halve ophoudingsjes gaan wij zijn hals meer opwaarts vragen en komt hij ook ietwat voor de loodlijn. Hierdoor wordt zijn zwaartepunt meer naar achter gebracht en is hij verplicht om zijn achterbenen nog meer onder te brengen.

Traag en met impuls piafferen

Neen Marieke, je Jolieke dient niet sneller te piafferen, maar met meer impuls, met meer afzet.

Door het verhoogd onderbrengen van zijn achterhand zal Jolieke zijn ganse massa hoger opwaarts stuwen kunnen stuwen en duurt het dus langer om terug op de grond terug te vallen. Dit langere zweefmoment zal zeker meer uitstraling geven aan zijn piaffe. Dit langere zweefmoment kan je later, tijdens het bereden werk ook langer maken door het toepassen van de ‘Bügeltrit’. Maar dit nu verder uitspitten zou ons te ver van ons onderwerp ‘Piaffe aan de hand’ verwijderen.

Ondertussen is ons lesuur ‘second Opinion’ reeds ten einde gekomen, Marieke.

Kleine onderdelen trainen

Ik zou je wel willen aanraden om thuis echt niet zo intensief te trainen zoals wij vandaag gedaan hebben. Tien minuutjes of een kwartier van dit soort werk aan de hand tijdens je dagelijkse trainingen is meer dan voldoende en niet vergeten dat je alle gewenste punten niet in dezelfde training kan bewerken. Neem er één onderdeel uit als aandachtspunt en eens dit bevestigd is, breng je een ander stukje van de puzzel erbij. Neen, je traint dus niet zomaar piaffe, maar je cultiveert stuk per stuk deze imponerende beweging.

Neen, ik kan dit op één lesje niet allemaal naar je wensen veranderen, Marieke, maar je bent een ervaren amazone en ik denk wel dat ik de sluier wat verder opgelicht heb voor jou.

Veel succes en kom toch nog maar ergens eens terug.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

81 Snoer jij die neusriem meer aan!

Snoer jij je neusriem meer aan!
Snoer jij die neusriem meer aan! Door een spannende neusriem wordt het afkauwen en de nageeflijkheid onmogelijk.

De neusriem aanspannen of losser maken?

Bij het betreden van de rijbaan kijkt mijn hippische werkgever (Is ook trainer) steeds of de neusriem niet wat meer dient aangespannen te worden, Dré, en als jij als mijn privétrainer naar mij toe komt kijk je steeds of de neusriem niet te strak aangespannen is. Hoe ziet dat nu eigenlijk met dat neusriem gedoe?

Eerste en vooral moet je beseffen Marieke dat je in de luxe baadt van begeleid te worden door twee ervaren trainers, maar dat heeft natuurlijk ook zijn vervelende kantjes. De instructie van een trainer is gebaseerd op zijn eigen levenservaring en het is dus niet abnormaal dat de leer die ze verspreiden dan ook verschillend kan zijn.

Vaste handen of nageven?

Je had mij reeds verteld dat je professionele trainer er steeds de nadruk op legt dat je je paard dient vast te houden vooraan en het niet mag laten ontsnappen, maar dat je stiekem toch je paard wat meer lucht geeft, zoals ik dat wens. Dat hoorde ik je graag zeggen Marieke, want ja, nageeflijkheid, dus je paard loslaten i.p.v. vast te houden is toch de rode draad in onze rijkundige samenwerking, denk ik dan toch.

Dat vastsnoeren of losser maken van de neusriem heeft natuurlijk alles te maken met de verschillende manier van rijden, zoals ik hiervoor uitgelegd hebt.

Waarom een neusriem nodig?

Maar misschien moeten wij ons toch eerst eens afvragen waarvoor wij een neusriem nodig hebben, als we die al nodig hebben? Ik zie in de sociale media veel fotootjes verschijnen van paarden die succesvol bereden worden zonder neusriem, en ja, die mensen mogen daar voor mij ook fier op zijn.

Eén van de belangrijkste communicatiemiddelen van een goed ruiter met zijn paard verloopt langs een steeds variërend contact van de ruiterhand met de paardentong. Door continue en minuscule drukveranderingen van de zachte ruiterhand op de soepele tong van het paard brengt de ruiter zijn geconditioneerde signaaltjes over naar het paard. Dit terwijl het paard terug naar de ruiter antwoord door lichtjes met de tong te spelen. Dit noemen wij dan het afkauwen van het paard, waarbij het zich volledig overgeeft aan de vragen van de ruiter. Jouw professionele instructeur Marieke, is meer van het harde hand type en dwingt zijn paarden met een vaste hand in de gevraagde houding. Ik wens dat het paard de door mij gewenste houding zelf komt opzoeken. Dit opzoeken van de hand gebeurt door het deskundig inwerken van de ruiter en niet door zomaar te wachten tot je paard op je dode hand nageeft.

Bewegingsvrijheid van de tong is noodzakelijk

Om op een gevoelige manier te kunnen terug communiceren naar de ruiterhand, dient een paard dus bewegingsvrijheid met de tong te kunnen hebben. Juist daarom zie ik graag de neusriem wat losser. Door deze lossere neusriem kan het paard zijn gevoelige tong in de communicatie gebruiken en ook bewegen in het kaakgewricht. Zo zie je maar dat het paard met de intensiteit van zijn signalen naar de ruiter toe kan spelen. De tong geeft de fijnste signaaltjes door en het nageven in het kaakgewricht is reeds een iets zwaardere hulp naar de ruiter toe. Bij het inzetten van de halsspieren of zelfs op het bit hangen met zijn volle gewicht worden de communicatielijnen naar de ruiter steeds harder en zwaarder.

Fijne teugelhulpen komen uit je vingers

Naast het paard kan ook de ruiter spelen met de opgewekte spanning in de teugels. De fijne hulpen komen vanuit de vingerkootjes, de polshulp is al wat zwaarder, terwijl de biceps en het gewicht van het bovenlijf van de ruiter de zware ingrepen betekenen. Duidelijk dat een ruiter dus meer overeenkomsten dient te hebben met een harpspeler dan met een gewichtheffer.

Zojuist heb ik tijdens het Wiener nieuwjaarsconcert zo een fijnbesnaarde harpspeelster kunnen bewonderen. Met de gevoelige vingertoppen wordt de spanning van de vast afgestelde snaren in trilling gebracht, waardoor er indirect een emotie naar de toehoorder wordt opgewekt. Bij het goed paardrijden gebeurt hetzelfde, maar het gaat nog dieper. Wij als ruiter wekken met onze vingertopjes een directe emotie op bij een steeds van spanning wisselend levend wezen en dat is nog fijner werk dan met een harp spelen. Juist, dressuur rijden mag je voor mij dus als een kunstvorm beschouwen.

Is die neusriem wel noodzakelijk?

Ha, dan heb ik geen neusriem nodig Dré?  Ik zou je aanraden Marieke om je paard toch van een neusriem te voorzien. Het is niet allemaal en altijd rozengeur en maneschijn met de aanleuning en paarden willen zich ook wel eens onttrekken aan het werk. Snel je mond eens openzetten en de controle van de hand gaat in een oogwenk verloren en dan kan je als paard lekker je eigen gedacht doen. Doe dat neusriempje maar aan, maar snoer het niet vast zodat je paard nog lekker schuimend op zijn bit kan kauwen.

Aangezien laag gedragen neusriemen, (Hannoveraanse) verder van het scharnierpunt van het kaakgewricht liggen dan de hoger gedragen (Bij trens en stang) belemmeren deze sterker het openen van de mond van het paard. De lage neusriem werkt dus sterker in en kan ook een belemmerend effect hebben op de ademhaling van het paard. De trens en stang neusriem dient een vingertje onder de zijdelingse schedeluitsteeksels geplaatst te worden, dit om contact kwetsuren door het kauweffect met de neusriem te voorkomen. En juist, gecombineerd met een sperriemje zit je qua inwerking ergens tussen de hoge en de Hannoveraanse neusriem.

Tong over bit door harde hand

De paarden van je werkgever, Marieke, hebben de gewoonte gekregen om op de harde hand van de ruiter te hangen, en ja, altijd gaat dit gepaard met een vast aangesnoerde neusriem. Dat aansnoeren doen deze ruiters om het paard te belemmeren zijn tong over het bit te kunnen steken. Om te ontsnappen aan alle pijnlijke gevoelens van een tintelende, niet doorbloede en dus blauwe tong, ten gevolge van een tientallen kilo’s teugeldruk, zou jij ook wel je tong over het bit proberen te foefelen.

Een paard dat de gewoonte gekregen heeft om zijn tong over het bit te steken, is zowat het ergste wat je als dressuurruiter kan overkomen. De fijne communicatie langs de zachte vering van de tong naar de ruiterhand gaat dan volledig verloren en je krijgt een ‘on-off’ communicatie met je hand op de harde en gevoelige lagen van het paard.

Terug nageeflijk maken

De op deze manier verreden paarden terug nageeflijk maken is geen sinecure. Het belangrijkste punt hierbij is dat het paard terug leert te beseffen dat het zijn tong kan bewegen en daarvoor dien je natuurlijk meer plaats in je mond te krijgen door je kaakgewricht verder te openen. Het eerste werk om de kaak te kunnen bewegen is natuurlijk de neusriem losser doen of voorlopig volledig te verwijderen. En ja, bij zo een correctie durven die paarden ook wel eens hun tong over het bit te steken en profiteren van de herwonnen tongvrijheid. Maar met een zachte hand en wat vervelende versterkingen is ook dat oplosbaar hoor, Marieke.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken

80 Ik moet uitgestrekte draf rijden!

Uitgestrekte draf
Ik moet uitgestrekte draf rijden. Bij de uitgestrekte draf dient de paslengte te worden vergroot

Uitgestrekte draf moet worden ontwikkeld

Binnen veertien dagen ga ik op wedstrijd Dré, en er zit uitgestrekte draf in die proef. Maar dat wordt dan kort dag Marieke, wij hebben met je jonge paard hoofdzakelijk aan de kwaliteit van het basiswerk en de nageeflijkheid gewerkt. Ondertussen loopt je paard ontspannen over de rug en zijn de drie basisgangen correct en heb je een heel gehoorzaam beestje, toch al iets om tevreden over te zijn.

Midden draf of uitgestrekte draf?

Maar ik vermoed, Marieke, dat je geen uitgestrekte, maar middendraf moet laten zien? Uitgestrekte draf is zowat het maximum van draf uit je paard halen. Middendraf, zoals de naam het zelf zegt, ergens tussen de arbeidsdraf en de uitgestrekte draf ligt.

In de hogere dressuur klassen wordt er ook wel eens uitgestrekte en middendraf gevraagd en dan dien je natuurlijk het verschil tussen beiden te kunnen laten zien. Maar bij je jonge paard wordt enkel middendraf gevraagd. Pssst, je moet het niet voortvertellen, maar in de kleuterklassen haal je dus gerust het maximum uit je paard, de jury kan toch niet weten wat de uitgestrekte draf wel zou kunnen zijn.

Voor het nemen van je diagonaal in je maximale draf, haal je ook je arbeidsdraf wat naar beneden, wat verzamelen dus, en steek je er ook het maximum aan impuls in. Door vooraf wat te verzamelen zal het verschil tussen je arbeidsdraf en je midden (= uitgestrekte) draf maximaal tot uiting komt. Op het uiteinde van je diagonaal doe je natuurlijk juist het omgekeerde en ga ja na je verruiming ook naar dat kleinere arbeidsdrafje, dit om te schoren bij het opvangen. Als je dat wat met gevoel doet vallen die kleine trucjes niet op voor de jury. Door de impuls die je voorafgaandelijke in je Jolieke steekt kan hij als een pijl uit een boog vertrekken naar zijn uitgestrekte draf.

Toch nog even vermelden dat impuls een verhoging van spanning betekent om bereidheid tot actie te verkrijgen, in dit geval dus uitgestrekte draf tonen. Wel opletten Marieke dat je onder de limiet van je paard blijft. Je dient de impuls tijdens het ganse uitstrekken te bewaren, je moet voortdurend het gevoel hebben dat er nog meer uit te halen valt. Zoniet valt je paard uit elkaar (Neen, je hoeft achteraf geen losgekomen stukken gaan te zoeken, haha) en is er veel kans op onregelmatige passen.

Het zijn allemaal geen draf machines

Maar wij dienen wel eerst nog wat aan de verruimingen zelf te werken Marieke, want je Jolieke is een echte galoppeur. Wat bedoel je daarmee Dré? Je hebt toch al gemerkt dat je paard bij het longeren veelvuldig in galop springt bij het vragen van wat meer activiteit in de draf. Ik ben er zeker van dat hij in vrijheid op de weide, zich hoofdzakelijk in galop voortbeweegt en de draf links laat liggen. (Vraagje, zou je ook iets rechts kunnen laten liggen?). Sommige andere paarden zijn echte ‘dravers’ en kennen met moeite de drietakt galopbeweging. Met galopoefeningen heeft je Jolieke geen probleem, dat laat hij ons steeds zien. Maar draven, ja, dat is niet zijn grootste talent, maar wij weten dat talenten kunnen ontwikkeld worden, en dat gaan wij natuurlijk ook doen.

Maximale drafbeweging ontwikkelen

De eenvoudigste en ook gezelligste manier is met je Jolieke buitenritten te gaan maken en hem kilometers op zijn maximum door het bos laten draven. Neen Marieke, dat doe je zeker niet op de verharde weg naar het bos toe, toch een beetje spaarzaam zijn op die zuivere beentjes van je paard. Best nog dat je dat samen met een paar andere paarden kan doen, zij mogen zeker een verzameld galopje doen, maar jij probeert altijd de draf verder te ontwikkelen. Aangezien de lange bosdreven hier niet voor het rapen liggen, zullen wij verplicht zijn om dat op onze dressuurpiste te trainen. Die eindeloze rondjes draaien is mentaal wat meer belastend voor het paard en natuurlijk rond je de hoeken goed af wanneer je in de maximale draf aan het rondstuiven bent.

Moet het nu al vanuit de achterhand komen?

Maar een uitgestrekte draf moet toch uit de achterhand komen Dré? Dat is juist Marieke, maar eerst moeten we de weg daar naartoe bewandelen. We gaan nu eerst je paard leren ruimere passen nemen, dat is toch de kern van een uitgestrekte draf. Onze focus ligt daarop en op niets anders, je Jolieke dient voor mij niet mooi in de hand te lopen, daar gaan we later wel aan werken. Leer nu maar aan je paard dat, je beide benen wat meer aansluiten rond zijn romp, het teken is van uitgestrekte draf.

Aangezien dit werk ook lichamelijk zwaar is zou ik dat maximaal tweemaal per week doen. Neen, het is niet de bedoeling van je beestje leeg te rijden, maar wel zijn fysiek verder op te bouwen, terwijl wij naar die ruime passen op zoek gaan. Je zal bemerken Marieke dat het bewegingsapparaat van je Jolieke er in de draf binnen een paar weken reeds heel anders gaat uitzien. Pas op dat moment zullen wij hem wat gaan terugnemen, zodat zijn draftempo langzaamaan vertraagt en dit met behoud van zijn paslengte. Door de jaren heen zullen wij de uitgestrekte draf verder ontwikkelen zodat hij vanuit de achterhand komt en er vanuit de oprichting een mooi voorbeen tevoorschijn komt.

Swingend voorbeentje ontwikkelen

Oh, van een voorbeentje gesproken, geef je paard tijdens dit werk ook maar wat steun op de teugel, Marieke, er loopt immers een spiertje (Voor de lezers even opgezocht: Brachio-Céphalique) vanaf het achterhoofdsbeen (Hoogste punt van de schedel) naar de opperarm van het voorbeen.  


Teugelkreupelheid wordt veroorzaakt door ongelijkmatige aanleuning.

Door dit spiertje wat onder spanning te zetten verkrijgen we een verhoogd opheffen van het voorbeen. De combinatie van de grote paslengte en de verhoogde beweging geven aan de uitgestrekte draf een wauw effect. Paarden die zwaar op het bit hangen kunnen door de spanning in dit spiertje toch een spectaculair voorbeen geven. Maar zevertonen door het gemis aan nageeflijkheid meestal een slepende achterhand.

Regelmatig zie ik op de sociale media foto’s verschijnen waarbij beweerd wordt dat in de draf, het pijpbeen van het achterbeen evenwijdig met het spaakbeen (Lange been boven de knie) van het diagonale voorbeen dient te zijn. Waarom dat zo zou moeten zijn, daar heb ik geen zicht op en ik betwijfel dat dan ook. Door een aangepaste training en ook ten gevolge van een op het voorbeen gefocuste fokkerij kan een meer naar voren en opwaarts werkend voorbeen verkregen worden. Zonder trucen van de foor te gebruiken, en daar is volgens mij niets mis mee.

Om deze reden is niet te verwonderen dat er heel veel paarden met een eenzijdige aanleuning ook onregelmatigheid vertonen in de voorbenen. Terecht wordt dit teugelkreupelheid genoemd.

Wij zullen ook wat cavalettis lopen om de drafpassen te helpen vergroten, Marieke. Eerst ons jonge paard laten gewennen, zodat het regelmatig over de op de grond liggende balkjes loopt? Dan gaan wij beetje per beetje de balken verder uit elkaar leggen. Later gaan wij van die grondbalkjes echte cavalettis maken zodat ook de spieren ontwikkelen om de benen van het paard hoger op te tellen. Bij het longeren, maar ook bereden kunnen wij de balkjes op een cirkel leggen. Dit Heeft het voordeel dat wij de drafpaslengte kunnen vergroten door meer op de buitenkant van de cirkel te rijden.

Uiteindelijk zullen wij een uitgestrekte draf kunnen rijden met veel draagkracht en activiteit in de achterhand, een van de grond komend voorbeen en dit allemaal met een lichte aanleuning op de teugel. Maar eerst beginnen met het begin hé.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken