5 Nageeflijkheid met pianistvingers

Nageeflijkheid met pianistvingers. Het overbrengen van gevoelens gebeurt door een contact tussen de vingers en de tong van het paard.

Kuikentje niet doorknijpen

Waarom heb je nu een muis in je handen? Al je kuikentjes heb je vandaag al doodgeknepen zeker, Dré? Dit is om aan te geven dat de nageeflijke weerstand biedende hand verloopt langs de vingertopjes Frits, en niet langs een spannende vuist.

Ja Frits, het enige beestje dat ik vandaag nog in mijn hand durf te nemen tijdens het rijden is een pluche muis. Vandaag heb je nogal aan mijn teugels gesleurd hoor, maar ik vind dat normaal.

In alle boeken staat nochtans te lezen dat men met een zachte hand dient te rijden, alsof men een levend kuikentje in de hand houdt, alsof men met fluwelen handschoenen rijdt die niet mogen worden beschadigd. Maar men vergeet erbij te vertellen dat dit het einddoel in de africhting is.

Nageeflijkheid verloren

De weg naar een volledig afgericht paard is lang en verloopt over vele, voor het paard steeds nieuwe en moeilijkere oefeningen. Tijdens die lange en kronkelige weg komen steeds maar nieuwe obstakels naar voren, die telkens onze moeizaam opgebouwde nageeflijkheid naar het verleden stuurt.

Weerstandbiedende hand

Dan heb ik geen andere keuze dan een weerstandbiedende hand te gebruiken met een kracht die boven je reactiedrempel ligt, want anders krijg ik geen enkele reactie of ga je op de loop met mij.

En ja, op deze momenten stel ik vast dat je heel veel macht kan inzetten, met je overigens heel mooi ontwikkelde hals. Ikzelf ga dus niet verkondigen dat men niet aan de teugels mag trekken (Oei, nu jaag ik veel instructeurs in het harnas). Zelfs durf ik te beweren dat men met een kracht dient te trekken die groter is dan deze die het paard zelf uitoefent.

Reactiedrempel

De inwerking die nodig is om toch het gewenste resultaat te bekomen noemen we de reactiedrempel, en deze reactiedrempel is heel verschillend van paard tot paard. Het grote punt natuurlijk is die uitgeoefende trekkracht, heel snel na het inzetten, weg te werken. Dit noemt men dan de nageeflijkheid.

Op het moment dat het paard nog maar de intentie heeft om de uitgeoefende druk wat te verminderen, nemen wijzelf al de resterende spanning weg. Hier falen de meeste ruiters en ze blijven maar trekken, op een continue manier, aan alle teugels die ze in de hand hebben, en velen (vele) onder hen denken dat het inzetten van de hard inwerkende stang hiervoor de aangewezen oplossing is.

Opsplitsen oefeningen

Na het aanleren van iedere nieuwe oefening dient men de nageeflijkheid van het paard terug boterzacht te maken, en dit gebeurt door het shapen van de intensiteit van de teugelhulp, maar meer hierover later. Om de spanningen te minimaliseren zullen wij de nieuw aan te leren oefening steeds opsplitsen in zo klein mogelijke onderdelen.

En Frits, ik kweek wel een paar nieuwe kuikentjes hoor, alle onze teugelhulpen worden kortelings terug fijner geshaped.

Meer hippische interesse?

Doorlaatbare dressuurlessen krijgen

Hippische leerboeken lezen

Educational workshops voor je vereniging

Meer voldoening zoeken